Brillen die blauw licht wegfilteren worden tegenwoordig veel gebruikt door mensen die veel tijd besteden aan het kijken naar computerschermen of naar hun smartphones. Ze zouden oogvermoeidheid helpen verminderen, en er daarnaast voor zorgen dat de nachtrust niet verstoord wordt. Maar een recente studie uit Australie plaatst daar toch enige kanttekeningen bij. Het lijkt er zelfs op dat een blauwlichtbril nauwelijks iets uithaalt. Deze week werd het onderzoek uit Melbourne gepubliceerd in vaktijdschrift Cochrane Database of Systematic Reviews.
Blauwlichtbrillen worden vaak aangeprezen als brillen die de mogelijk schadelijke effecten van blauw licht van beeldschermen uitfilteren, zoals vermoeide ogen, droge ogen en slaapproblemen. De belangstelling voor blauwlichtbrillen nam wereldwijd sterk toe tijdens de COVID-19 pandemie toen meer mensen thuisbleven en naar hun computers en telefoons keken. Ze worden ook vaak voorgeschreven door optometristen en aangeraden door opticiens.
Wetenschappers van de universiteit van Melbourne bestudeerden gegevens van 17 klinische onderzoeken in zes landen waaraan 619 mensen deelnamen. En zij ontdekten dat het gebruik van brillenglazen met blauwlichtfiltering om visuele vermoeidheid als gevolg van computergebruik te verminderen op de korte termijn mogelijk geen voordelen biedt ten opzichte van gewone brillenglazen zonder blauwlichtfiltering.
Het is onduidelijk of deze lenzen de kwaliteit van het zicht of slaapgerelateerde resultaten beïnvloeden en er konden door de onderzoekers ook geen conclusies worden getrokken over mogelijke effecten op de gezondheid van het netvlies op de langere termijn.
De onderzoekers denken dat het effect van blauw licht via beeldschermen schromelijk wordt overschat. De hoeveelheid blauw licht die mensen op deze wijze op het netvlies krijgen is amper een duizendste van natuurlijk daglicht. Bovendien filteren brillenglazen voor blauw licht niet al het blauwe licht, maar slechts ongeveer 10 tot 25 procent ervan.
Oogexperts zeggen dat mensen vermoeide ogen beter kunnen verminderen door simpelweg minder naar schermen te kijken of door regelmatig een pauze te nemen. De 20-20 strategie wordt vaak aanbevolen: na 20 minuten werken op een beeldscherm of turen naar een mobieltje moet er minsten 20 seconden ontspannen in de verte gekeken worden. En om de slaap te verbeteren raden oogartsen aan om een paar uur voor het slapen gaan te stoppen met het kijken naar schermen. Wie ’s nachts de slaap niet kan vatten moet sowieso niet naar zijn mobieltje grijpen, daarmee verergeren de problemen alleen maar.
De onderzoekers merkten wel een aantal beperkingen op in hun analyse. Geen van de onderzoeken onderzocht contrastgevoeligheid, kleurdiscriminatie, hinderlijke schittering, gezondheid van de ogen, serum melatoninespiegels of de algehele visuele tevredenheid van patiënten. Ook varieerde de duur van de verschillende onderzoeken. Er is dus meer en grootschaliger onderzoek nodig naar het gebruik van brillen die blauw licht filteren, menen de onderzoekers.
Referentie